Hypothyreoïdie is een veelvoorkomende endocriene aandoening bij honden van middelbare en oudere leeftijd, als gevolg van een tekort aan schildklierhormonen. Een te weinig actieve schildklier kan een negatieve invloed hebben op de stofwisseling in het lichaam.
De schildklier bevindt zich in het onderste gedeelte van de nek. Hij is verdeeld in twee kwabben die zich aan beide zijden van de luchtpijp bevinden. In de schildklier worden schildklierhormonen geproduceerd, met name thyroxine (T4) en in mindere mate triiodothyronine (T3).
De schildklierhormonen beïnvloeden de functies van bijna alle organen in het lichaam van uw hond. Ze zijn essentieel voor de normale groei en ontwikkeling van het lichaam van uw hond en reguleren de stofwisseling. Daarom zijn de symptomen van hypothyreoïdie erg divers.
Honden met hypothyreoïdie kunnen sloom worden, verzwakken, vaker en langer slapen, rillerig worden of aankomen zonder aantoonbare reden.
De meest voorkomende oorzaak voor hypothyreoïdie is een immuunziekte waarbij het immuunsysteem het eigen weefsel aanvalt en de schildkliercellen kapot maakt.
De schildklieren raken ontstoken doordat antilichamen zich tegen het eigen weefsel keren. Dit heeft als gevolg dat de schildklier minder hormonen aanmaakt. Deze fase wordt aangeduid als een auto-immuun-gemedieerde lymfatische schildklierontsteking.
Andere oorzaken van hypothyreoïdie, zoals tumoren van de schildklier, straling en aangeboren schildklieraandoeningen, zijn zeer zeldzaam.
Af en toe kan een tumor in de hypofyse ook hypothyreoïdie veroorzaken. Dit wordt aangeduid als secundaire hypothyreoïdie.